Zoolt op 'n stat
Columns 8 april 2017 0‘Zoolt’ is het streektaalwoord voor zout. Zout is ook het eerste betaalmiddel in de geschiedenis, omdat het iets kostbaars was. Mensen konden er hun levensmiddelen in bewaren. De Romeinse soldaten werden in zout uitbetaald. Daar komt het woord salaris vandaan. ‘Sal’ is het Latijnse woord voor zout.
Ik moest de afgelopen weken aan ‘zoolt’ denken, omdat het bij mij jeugdherinneringen en allerlei uitspraken oproept. Bij ons, in het oosten van het land, wordt al sinds 1886 zout gewonnen. In Delden waren ze op zoek naar schoon drinkwater en de ‘boorders’ van toen stuitten op een zoutlaag die 200 miljoen jaar geleden al gevormd is na de verdamping van het zeewater dat hier toen kennelijk was. Op 400 meter diepte zit een 50 meter dikke laag steenzout. In 1919 bouwde de Koninklijke
Nederlandse Zout Industrie in Boekelo de eerste zoutfabriek.
Zout is alom aanwezig in onze taal en óók in ons dialect. Wat te denken als je het over een ‘lillijk meanse’ hebt. Dan wordt er al snel gezegd: ‘Al vret ie ’t hele zooltfabriek van Bookel (Boekelo) op, dan krie’j d’r nog gin dös op.’
Zo zijn er vele gezouten uitspraken en spreekwoorden:
Zo zout heb ik het nog nooit gegeten
Het zout in de pap niet verdienen
Op alle slakken zout leggen
Zout in de wonde strooien
Iemand ongezouten de waarheid zeggen
De afgelopen tijd werd mijn tuin geterroriseerd door de ‘ondergrondse’: ‘weulen’, mollen. Met een fanatisme waarop een beetje graafmachine jaloers zou zijn, veranderden zij mijn gras in een slagveld met heuvels en kraters, alsof de Eerste Wereldoorlog was nagespeeld. Na dit even te hebben aanschouwd, heb ik ze de oorlog verklaard
en gewapend met klemmen mijn buurman ingeschakeld, die zeer bedreven is in veldslagen tegen deze ondergrondse activisten. Na een paar dagen wacht te hebben gelopen en de klemmen in stelling te hebben gebracht, heeft buurman de slag tegen Momfer de Mol gewonnen.
Met een gepaste vorm van triomfantelijkheid en jaloersheid heb ik noaber Henk bedankt. Ikzelf ben nooit verder gekomen dan als kind in mijn pyjama met een potje zout door de tuin te lopen, op jacht naar de mol. Dat kwam omdat mijn opa mij had verteld dat ik ze kon vangen, als ik ze ‘zoolt op ’n stat’ zou leggen.
Sinds kort weet ik dat ik dat verhaal maar met ‘een korreltje zout’ moet nemen.
0 Reacties